dinsdag 14 oktober 2025

Het kan verkeren


Nooit gedacht dat ik nog eens mijn hoop zou plaatsen op Donald Trump. Ik vind de man en zijn ideeën weerzinwekkend. En het perspectief dat zijn initiatieven in het Midden-Oosten opleveren is dubieus, om twee redenen. Allereerst vergt het een jarenlang commitment van Trump aan de deals die nu gesloten worden. Je zult moeten reageren op alle pogingen van betrokken partijen om onder de verplichtingen uit te komen en de vraag is of Trump en zijn regering daarin geïnteresseerd is. Per slot van rekening wilde hij juist een meer isolationistische koers varen en zo min mogelijk betrokken zijn bij conflicten buiten de VS.

Verder doemt het beeld op van een Midden-Oosters verband van autocratische staten waar Israël deel van uit zal gaan maken. Dat belooft weinig goeds voor de interne Israëlische democratie die door Netanjahoe’s regeringen toch al aan uitholling onderhevig was. De theocratische neigingen van de religieuze nationalisten kunnen erdoor versterkt worden. De vraag is of de rechtsstaat in Israël kan overleven, of dat Israël zich naar de koers van de omringende landen voegt.

Waarom hoop ik dan toch dat dit initiatief het gaat redden? Omdat alles beter is dan het geweldsniveau dat we nu zien in het Israëlisch-Palestijnse conflict. Alles is beter dan voortzetting of herhaling daarvan, en daarvoor is orde en stabiliteit vereist. Als die alleen gerealiseerd kunnen worden door een verband van autocratische landen dan moet dat maar.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Het kan verkeren en scrol naar beneden door.

dinsdag 7 oktober 2025

“Wij zijn met meer”


“Wij zijn met meer”, dat was één van de vaak opduikende leuzen tijdens de Rode Lijn demonstratie van afgelopen zondag. Ik vind dat een dubieuze slogan. Hij zal bedoeld zijn om te zeggen dat het kabinet Schoof in zijn Israël-politiek niet hét Nederlandse volk vertegenwoordigt, maar slechts een minderheidsdeel daarvan. Maar de kreet kan ook uitgelegd worden als: wíj zijn de meerderheid en de minderheid moet zijn bek houden. Die gedachte hoor je vaker tegenwoordig en die vind ik gevaarlijk. Hij druist in tegen wat we decennialang als cruciaal onderdeel van de democratie hebben beschouwd. Namelijk dat van de meerderheid afwijkende meningen gehoord moeten kunnen worden.

Nu roept de slogan niet op tot het onderdrukken van iedereen die er anders over denkt. Maar hij kan makkelijk gekoppeld worden aan de gedachte dat democratie gelijkstaat aan de wil van de meerderheid en dat minderheden vogelvrij zijn. Zelfs maar de schijn dat je die gedachte deelt moet je tijdens zo’n demonstratie vermijden.

Wil je commentaar geven of zien: klik op “Wij zijn met meer” en scrol naar beneden door.

maandag 22 september 2025

Levinas en AI


Het filosofische proza van Levinas heeft geen beste reputatie qua leesbaarheid. Eén van de bezwaren is dat hij overvloedig strooit met onbegrijpelijke termen en lastige concepten. Een voorbeeld daarvan is het onderscheid dat Levinas maakt tussen wat hij noemt ‘Zeggen’ en ‘Gezegde’ (in het Engels: tussen ‘saying’ en ‘said’).

Zeggen is een werkwoordsvorm en daarmee duidt Levinas aan dat het om een activiteit gaat. Door iets te zeggen doe je iets, je maakt een begin, je handelt in een ambigue situatie, je creëert in expressie iets wat er daarvoor nog niet was – wat Levinas betreft altijd ten overstaan van een ander mens. Het Gezegde is daar het product van, het is iets, en dat heeft dus de vorm van een zelfstandig naamwoord. Levinas benadrukt het dinglijke, stellige karakter van het Gezegde: zodra het gezegd is zijn de woorden de band met hun vloeibare oorsprong kwijt, ze stollen in valse eenduidigheid. Maar wat erger is, het Gezegde heeft de neiging om het Zeggen te absorberen, dat wil zeggen: zijn eigen oorsprong in de expressie van het Zeggen te vergeten en zichzelf op de voorgrond te plaatsen.

Nu is het, aldus Levinas, ook heel moeilijk om het moment van het Zeggen te bewaren of te achterhalen, of beter: dat kán helemaal niet. Want ten eerste is dat moment voor altijd voorbij, en ten tweede omvat dat ambigue moment altijd meer dan in het Gezegde kon worden uitgedrukt. Wat wél kan: ontzeggen wat er Gezegd is, om daarmee de onterechte, stellige pretenties van al het Gezegde dat in omloop is kritisch onder de loep te houden. Dat laatste ziet Levinas als de taak van de filosofie. 

Moeilijk dus, deze concepten. Maar dankzij de opkomst van AI denk ik dat ze iets gemakkelijker te illustreren zijn. Om te beginnen: het Gezegde, opgevat als alle (geschreven) tekst die over de hele wereld in omloop is, dat is letterlijk (!) het materiaal waar AI mee werkt. Het laat daarop rekenkracht en statistiek los en voegt daarmee per definitie niks nieuws toe. Peter Kuipers Munnike legt uit waarom een AI model zoals ChatGPT nooit in staat zal zijn om een creatieve tekst of een origineel idee voort te brengen. “In de kern zoekt het model naar het meest waarschijnlijke woord dat volgt op de woorden die al geschreven zijn. Je kunt de werking daarvan mooi zien in chatapps op je telefoon. Als je zelf „van harte” intoetst, geeft je telefoon als vervolgsuggesties „gefeliciteerd”, „proficiat”, of een emoji met een feestmuts. Daarmee heb je hoogstwaarschijnlijk het juiste vervolg van die zin wel te pakken – die ene keer dat je van harte een condoleance per tekstbericht afdoet daargelaten.”

Het Zeggen, vervolgens, is op te vatten als precies datgene wat AI niet kan: zich uitdrukken, origineel zijn, op een idee komen. Kuipers Munneke stelt vast dat door AI geproduceerde muziek zielloos, saai en mainstream is. “Hier schittert het onvermogen om iets creatiefs te maken, omdat AI nu eenmaal ontworpen is om het meest waarschijnlijke vervolg te geven aan een melodie of akkoordenschema. AI zal daarom ook nooit de volgende Beethoven, Stravinsky, Queen of Radiohead worden.” Zo is het ook met goed schrijven, een vermogen dat Kuipers Munnike zijn studenten in het academisch onderwijs wil bijbrengen. “AI is prima in staat om teksten te schrijven die in het verlengde liggen van wat er al geschreven is. Maar om nieuwe ideeën te formuleren en ze helder op papier te krijgen, zul je zelf aan het werk moeten. Schrijven gaat niet over na-apen of reproduceren. Schrijven is een scheppend proces waarvan originaliteit en verrassing de kern zijn.” Vervang ‘schrijven’ door ‘Zeggen’ en je bent bij Levinas.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Levinas en AI en scrol naar beneden door.

donderdag 28 augustus 2025

Opgelegde schaamte


De staat Israël heeft misschien een wending genomen waar we niet dol op zijn, “maar ja, dat doen staten nou eenmaal. Als Nederlander die in het buitenland woont zou je toch ook gek opkijken als je opeens bevraagd wordt over de toeslagenaffaire”. Het fatalisme in deze uitspraak van rabbijn Marianne van Praag in Trouw riep begrijpelijkerwijs verontwaardigde reacties op. “Ja, dat doen staten nu eenmaal!”, reageert een lezer, maar zo luchtig kun je niet praten over staten die een misdadige afslag nemen. Alsof dat bijvoorbeeld in het geval van Duitsland niet rampzalig is geweest. 

Maar als je iets breder kijkt is het ook weer niet zo gek wat Van Praag zei. Het verleden van de meeste staten kent inktzwarte periodes van staatsgeweld. Denk aan het geweld in de VS tegen Indianen (vele miljoenen doden), van de Turken tegen de Armeniërs (800.000 slachtoffers), van Frankrijk tijdens de Algerijnse opstand (330.000 doden) – om maar een paar gevallen te noemen van een heel veel langere lugubere lijst. Voor mij is die lange lijst een reden om waakzaam te zijn voor staatsgeweld, en naar ik inschat voor Marianne van Praag net zo goed. Staten moeten aangesproken worden op het geweld dat ze uitoefenen. Maar dat is geen reden om Amerikaanse, Turkse of Franse burgers te discrimineren of voortdurend te bevragen over het verleden van hun land. Daar is – en dat is het gelijk van de rabbijn – geen beginnen aan. 

Je kunt zeggen: bij andere landen zijn dat zaken uit het verleden, Israëlische misdaden spelen zich nu af. Maar hoe zit het dan met bijvoorbeeld het huidige MAGA beleid van Trump? We zouden het absurd vinden om een gemiddelde Amerikaan aan te spreken op de deportaties of verkrachting van de rechtsstaat door Trump. Dat is, denk ik, wat Van Praag bedoelt met de tweede zin van haar uitspraak, maar ik ben het met critici eens dat de toeslagenaffaire ongelukkig gekozen is als voorbeeld. Het vermoorden van burgers in Gaza is toch van een andere orde van grootte dan de ellende van de toeslagenaffaire – hoezeer ook daardoor levens verwoest zijn. 

Maar het is niet moeilijk om een Nederlands voorbeeld te vinden van soortgelijke grootte als de verwoesting in Gaza. In Indonesië hebben wij tijdens de Politionele Acties 100.000 mensen vermoord. Nog niet eens omdat we door ze bedreigd werden met raketten maar omdat wij zo nodig een kolonie ver over zee moesten handhaven en economisch uitbuiten. En wij hebben er meer dan 70 jaar (!) over gedaan voordat we in 2020 excuses over onze lippen kregen daarvoor. Dat duurde zo lang “uit respect voor de veteranen die daar het vaderland verdedigden”. Daar kan ik me beschaamd over voelen. 

Maar ik vind het vrij zinloos om die schaamte te vragen van, laat staan op te leggen aan mijn mede-Nederlanders. Dus ja, Marianne van Praag heeft – helaas – meer gelijk dan haar critici haar gunnen.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Opgelegde schaamte en scrol naar beneden door.

maandag 18 augustus 2025

Kan Jesaja mij troosten?


De Joodse datum van 9 Av (Tisja b’Av) – die altijd ergens in augustus valt – is zwaar beladen. Dan herdenken we volgens de Joodse kalender de verwoesting van de Tempel in Jerusalem. Of eigenlijk twee verwoestingen: die van 586 vóór de gewone jaartelling door de Babyloniërs, en die van 70 van de gewone jaartelling door de Romeinen. In de weken na de treurnis van Tisja b’Av lezen we in sjoel, ter compensatie, de serie zogenoemde troostlezingen. Die zijn merendeels afkomstig van de profeet Jesaja en zo lazen we afgelopen week zijn hoofdstukken 49 en 50. Een beetje troost kan ik wel gebruiken in deze tijden, dus ik heb mezelf de vraag gesteld: in hoeverre word ik getroost door deze teksten?

Dat blijkt af te hangen van de boodschap die Jesaja brengt, en dat kunnen afhankelijk van welk stuk je leest, verschillende boodschappen zijn. In de hoofdstukken 49 en 50 kom ik er grofweg drie tegen en die verschillen onderling nogal. Ik noem het de registers waarin Jesaja spreekt.

Allereerst het optimistische register van de heropbouw van het verwoeste land. Er is een ramp gebeurd, maar het komt, dankzij Gods steun, weer goed met het land. Er zal weer welvaart zijn, bevolkingsgroei en veiligheid. “Je puinhopen, je verwoeste en vernielde land – weldra zal het te klein zijn voor al je bewoners, en je aartsvijand zal in de verte verdwijnen.” Aan deze woorden ontleen ik wel troost, ik associeer ze met het gevoel van  geborgenheid en veiligheid dat de Israëlische democratie en het Israëlische leger in goeden doen te bieden hebben.

Maar dat werkt zó goed dat Jesaja in zijn enthousiasme wel erg ver doorschiet. Dan komt hij in het tweede register, van het machtsdronken triomfalisme. Jesaja voorspelt de wrede manieren waarop Israël zich op zijn vijanden zal wreken. “Ik laat je onderdrukkers hun eigen vlees eten, hun eigen bloed is de wijn die hen dronken maakt.” Dit soort zinnen doen mij denken aan de fanatieke religieus-zionisten in Israël. Ik ontleen daar geen troost aan, integendeel.

En dan is er nog het derde register van Jesaja: niet optimistisch, niet triomfalistisch, maar vermanend. “Jullie allen ontsteken vuur en wapenen je met brandpijlen. Ga door de gloed van dat vuur, brand je aan je eigen pijlen! Luister naar mij, jullie die gerechtigheid najagen.” Troost dit laatste register mij? Nou, niet echt. Ik word fors toegesproken. Het is vooral een oproep om je te bezinnen op je gedrag, Jesaja stelt een gewetensvraag: zijn we wel goed bezig? Het troost me wel dat er in Israël, en trouwens in de hele Joodse wereld, mensen zijn die de oproep tot bezinning à la Jesaja voor de huidige situatie serieus willen nemen. Ik denk aan Jesaja’s naamgenoot Jesjajahoe Leibowitz en de schrijver David Grossman. Leibowitz deed dat door, toen Israël na de Zesdaagse oorlog in een overwinningsroes verkeerde, te waarschuwen voor triomfalisme. Hij pleitte ervoor om de veroverde gebieden op de Westelijke Jordaanoever onmiddellijk te verlaten. Grossman doet dat al decennialang door steeds opnieuw te formuleren wat Israëls morele dilemma’s zijn. Hij wil geen meeloper zijn en is bereid voor die kritische houding de prijs te betalen.

Per saldo biedt deze lezing mij dus gedeeltelijke troost. Misschien troost mij nog het meest het feit dat we beschikken over deze bijna drieduizend jaar oude tekst. Die kan ons helpen om te praten en na te denken over vrede, oorlog en ons gedrag. 

Wil je commentaar geven of zien: klik op Kan Jesaja mij troosten? en scrol naar beneden door.

woensdag 13 augustus 2025

Trumps moraal


Regelmatig verbaas ik me, als Trump het televisiescherm teistert, over zijn kwistig strooien met de termen ‘slecht’ en ‘goed’. Bijvoorbeeld over journalisten: “Het zijn slechte mensen, de pers, de media, het zijn slechte mensen, en niemand, niemand liegt zoals zij”. Of over de MAGA-aanhangers die Trumps connecties met Epstein verder uitgezocht willen zien: dat zijn “slechte mensen”. Naar aanleiding van de gewelddadigheden in Charlottesville in 2017 zei hij dat “you also had people that were very fine people, on both sides.”

Het klinkt zo raar uit zijn mond. Je zou bijna verheugd vaststellen dat hij bekend is met de categorieën goed en kwaad. Dat is verrassend als je ooit ook gelezen hebt over zijn belastingontduiking, misogyne praktijken, meedogenloze omgang met medewerkers, of de gewelddadige bestorming van het Capitool nog op je netvlies hebt staan.

Als Trump inderdaad weet heeft van goed en kwaad dan zouden veel van zijn statements en acties, zoals het uitleveren van de Gazastrook aan projectontwikkelaars of het oppakken van daklozen, niet voortkomen uit kwaadaardigheid, maar uit gebrekkig inzicht en onnozelheid. Misschien. Het zou ook kunnen dat Trump zeer eigenzinnige opvattingen heeft over goed en kwaad.  

Hoe dan ook, moraliteit vereist een zekere eenduidigheid en begrijpelijkheid, en daar lijkt het bij Trumps variant ten enenmale aan te ontbreken. De basis voor onderling vertrouwen, zowel in de VS als daarbuiten, krijgt daarmee een flinke knauw.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Trumps moraal en scrol naar beneden door.

donderdag 17 juli 2025

Machtsdronken


Wat mij betreft is Israël in zijn machtsroes nu compleet de weg kwijt. Dat je wat moest met Hamas en de raketten die daar decennia lang vandaan kwamen kon ik begrijpen. Al vind ik de manier waarop Israël dat nu aanpakt onacceptabel. Dat je geen raketten van Hezbollah vanuit Libanon meer accepteert snap ik ook. Maar als je om vergezochte redenen Damascus en het Syrische presidentiële paleis bombardeert zonder dat daar enige dreiging vanuit gaat, dan is de eigen militaire macht je naar het hoofd gestegen. Niet alleen heeft Israël daar niets te zoeken, het frustreert een delicaat staatsvormings- en wederopbouwproces en verkleint de kansen op de stabilisering van Syrië. Hoe was het ook al weer? Power corrupts and absolute power corrupts absolutely.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Machtsdronken en scrol naar beneden door.


vrijdag 11 juli 2025

Verbinding


Is ‘verbinding’ een jeukwoord geworden? Ik vind van wel. Het wordt te pas en te onpas gebruikt in vacatureteksten, in de politiek en als hartenkreet voor een maatschappelijk gemis. Dat laatste snap ik wel maar het helpt niet om als reactie op dat gemis alleen maar heel hard “verbinding!” te roepen. Wat bedoelen we daar dan mee? 

Daar heb ik over nagedacht en het resultaat komt nu in boekvorm uit onder de titel Genoeg verbinding. Waarom scheiding zo gek nog niet is. Voor meer informatie kun je kijken op de site van de uitgever

Wil je commentaar geven of zien: klik op Verbinding en scrol naar beneden door.

vrijdag 4 juli 2025

Europa als nieuwe nationale staat


De creatie van de democratische welvaartsstaat beschouw ik als een kunststukje van de Europese natiestaten sinds de 19e eeuw. Daar moet bij gezegd worden – en dat is meer dan zomaar een kanttekening – dat in alle gevallen met het nationalisme van die staten verderfelijke schaduwkanten gepaard gingen. De neiging tot glorieuze nationale zelfverheerlijking, tot het toekennen van een historische, heroïsche roeping aan het eigen volk of tot verheerlijking van strijd hebben in belangrijke mate bijgedragen aan het ontstaan van de twee wereldoorlogen. 

Zo bezien valt het toe te juichen dat, althans in Europa, de tendens bestaat om meer in internationaal dan in nationaal verband te organiseren. Een toenemend aantal mensen onderkent dat de schaal van afzonderlijke landen in Europa niet toereikend meer is om onze democratieën en welvaartsarrangementen veilig te stellen. Door de groeiende internationale afhankelijkheid en militaire dreigingen moeten we in grotere eenheden denken. Wat de natiestaten in de loop van de 19e en 20e eeuw voor elkaar hebben gekregen – voor Nederland bijvoorbeeld: één leger en één centrale democratische regering voor alle provincies samen, in plaats van geregeld per provincie – zou op de schaal van Europa moeten worden voortgezet. Dat houdt wat mij betreft in: invoering van Euro-bonds, een Europees leger en een versterkte rol voor het Europese parlement. 

Europa dus als de nieuwe natiestaat. Dat roept de vraag op of alle genoemde kwalijke kenmerken daarvan – glorieuze zelfverheerlijking, het gevoel van een historische, superieure missie of verheerlijking van strijd – nu op de nieuwe, Europese schaal gaan terugkomen. Ondenkbaar is dat niet. Bewapening en militarisering bijvoorbeeld, zoals nu in Europa in gang gezet, gaan vaak gepaard met verheerlijking van strijd en oorlog. En het gevoel van de witte, verlichte Europeaan een missie te hebben voor de hele wereld is nooit ver weg. Laten we hopen dat we geleerd hebben van de geschiedenis. Hoe dan ook, als we nog eens uit willen komen bij een verenigde wereldomvattende orde zullen tussenstappen van vereniging van verschillende landen noodzakelijk zijn. 

Wil je commentaar geven of zien: klik op Europa als nieuwe nationale staat en scrol naar beneden door.

dinsdag 24 juni 2025

Nationalismes


In zijn artikel De mogelijkheid bestaat dat Israël zichzelf van de kaart veegt zegt Stevo Akkerman terecht dat voor staten het hebben van een gewelddadige oorsprong niks bijzonders is. Zo’n ‘nationale erfzonde’ is eerder de regel dan de uitzondering. Het Romeinse rijk was gebaseerd op militaire veroveringen, de Verenigde Staten namen het grondgebied in van de Indianen, Australië dat van de Aboriginals. En Israël is bezig datzelfde te doen met de Palestijnse gebieden. Waarom, vraagt hij zich af, wordt het bestaansrecht van Amerika of Australië dan nooit betwist, terwijl dat met Israël wel het geval is?

“Het punt is: de ontstaansgeschiedenis van deze staat, die gepaard ging met de verdrijving van 700.000 Palestijnen, is nooit geschiedenis geworden. Het is niet dat Israëls erfzonde ernstiger is dan de erfzonde van andere landen, het is dat het onrecht nog steeds gaande is.” Maar, zeg ik dan, de lengte van die strijd is evenmin uitzonderlijk: de VS hadden de hele negentiende eeuw nodig om af te rekenen met de Indianen, de Australiërs richtten nog in 1928 een slachting aan onder Aboriginals.

Wel uitzonderlijk is dat, toen Israël hiermee begon, de dominante beweging wereldwijd de andere kant op ging. Het nationalisme dat in de 19e eeuw een enorme stuwkracht had gehad, was na de twee wereldoorlogen in een kwade reuk komen te staan. Er ontstond juist belangstelling voor supranationale instanties zoals de VN, de WHO, de EU. De vestiging van Israël in 1948 ging tegen de tijdsstroom in, reden voor de historicus Isaac Deutscher om de stichting van de staat problematisch en anachronistisch te noemen.

Overigens lijkt de wereldwijde trend op dit moment weer de andere kant op te gaan, naar meer nationalisme. Historicus Rob de Wijk vindt dat logisch: de oorspronkelijke bedoeling van de natiestaat is om burgers te beschermen. “Door Trump, Poetin, Netanyahu en Xi worden we gedwongen terug te gaan naar deze kerntaak.” Ik snap wat hij bedoelt, maar ik vind het geen geruststellende gedachte. Nationalisme in de traditionele, enge zin kan veel fanatisme en bekrompenheid met zich meebrengen. 

Dus ja, het is misschien normaal dat volkeren en culturen hun grondgebied afbakenen en met militaire middelen beschermen. Maar ik betwijfel of dat in deze tijd langs de lijnen van de traditionele nationale identiteiten, bijvoorbeeld de Nederlandse, Belgische of Griekse, moet gebeuren. Niet alleen omdat die militair nooit iets voor zullen stellen, maar ook omdat wij te kosmopolitisch zijn geworden om ons op te sluiten in kneuterige nationaliteitjes. We zullen daarvoor eerder de schaal van Europa moeten opzoeken, toewerken naar een soort van ‘Europees nationalisme’. Dat biedt de grootste kans op een adequate militaire machtsvorming, en bovendien is Europa te verbinden met stevige waarden, stammend uit de Europese Verlichting, die de toevallige nationale folklore te boven gaan.

Zie ook Willekeur.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Nationalismes en scrol naar beneden door.

zondag 8 juni 2025

Waar historische belangstelling goed voor is


Het ‘Menasseh ben Israël Instituut voor Joodse sociaal-wetenschappelijke en cultuurhistorische studies’ (Mbii) is een academisch samenwerkingsverband tussen het Joods Cultureel Kwartier met de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit. Het instituut organiseert dit half jaar paneldiscussies onder de titel Scheuren in de naoorlogse ethiek, met als thema’s bijvoorbeeld ‘Israël, garantie of risico?’. Het doet daarmee precies wat op dit moment nodig is: het monster in de bek kijken.

Dat vind ik best opmerkelijk. Tot enige tijd geleden kende ik het instituut vooral als een enigszins belegen instelling die publicaties en lezingen verzorgde over de Nederlands-Joodse geschiedenis vanaf de zestiende eeuw. Het ging bijvoorbeeld over de eerste Joodse student medicijnen in Leiden in de vroege zeventiende eeuw, het Jiddisch in moderniserend Oost-Europa en over de bijzondere inwoners van de Amsterdams Joodse wijk Vlooienburg. Daarmee trok en trekt het een beschaafd publiek van in Joodse historische wetenswaardigheden geïnteresseerd publiek waartoe ik regelmatig mezelf rekende.

Maar naast cultuur-historische onderwerpen programmeert het Mbii de laatste jaren symposia over actuele, zo niet brandende kwesties betreffende de positie van Joden in onze samenlevingen. Zo ging het onlangs over ‘Joods en links’, rondom de vraag of de linkse politieke beweging en Joden, van oudsher een sterke verbinding, van elkaar vervreemd zijn geraakt. En deze week gaat het over ‘De politisering van de strijd tegen antisemitisme’. 

De organisatie schrikt er niet voor terug om in die netelige kwesties verdedigers van zeer uiteenlopende standpunten – in dit laatste geval bijvoorbeeld Uri Rosenthal en Leo Lucassen – bij elkaar te zetten. De enige criteria om sprekers uit te nodigen lijken te zijn: gedegen feitenkennis en een zindelijke debatstijl. Voor schreeuwerige slogans en lobbyisten is geen ruimte. Een verademing.

Misschien staat deze degelijkheid wel in verband met de brede en diepgaande belangstelling voor de geschiedenis die van meet af aan het handelsmerk was van het Mbii. Het oog voor de gelaagdheid en veelomvattendheid van begrippen als antisemitisme, angst, veiligheid en identiteit zou wel eens te maken kunnen hebben met de dieptewerking die van historische perspectieven uitgaat. 

Wil je commentaar geven of zien: klik op Waar historische belangstelling goed voor is en scrol naar beneden door.